Munteenheid

De munteenheid (valuta) van IJsland is de IJslandse kroon. Een euro is ongeveer 160 IJslandse kronen. Er zijn munten van kr.1, kr.5, kr.10, kr.50 en kr.100.

De muntjes van kr.1 zijn minder waard dan één eurocent. Daarom worden ze amper gebruikt. De briefjes hebben waardes van kr.500, kr.1000, kr.2000 of kr.5000. 

Hoe komt het nou toch dat het IJslandse geld zo weinig waard is? Dat is de schuld van de IJslandse bankencrisis, een onderdeel van de kredietcrisis die in 2007-2008 uitbrak. Het ging met de drie belangrijkste banken van IJsland niet goed. Ze hadden bijna geen geld. De overheid (de organisatie die beslissingen mag nemen in een bepaald gebied) besloot toen de banken te kopen. Ondertussen haalden veel mensen hun geld van die banken af, waaronder veel Nederlanders en Britten. IJsland moest veel geld betalen aan andere landen die zaken deden met de drie banken. Zo had het land minder geld en veel schulden. De crisis duurde van 2008 tot en met 2012.

Visserij

De visserij en de export (uitvoer) van vis is de belangrijkste inkomstenbron van het land.

Toerisme

De tweede bron van inkomsten is het toerisme. Bezoekers komen vooral uit Scandinavische landen en Duitsland, maar ook uit België, Nederland en Canada. De meeste toeristen komen 's zomers. Tijdens de wintermaanden komen sommigen naar IJsland om het noorderlicht te zien.